Inspireren met AI

AI in het hoger onderwijs

Van disruptie naar didactiek

De opkomst van generatieve AI, en in het bijzonder large language models (LLM’s) zoals ChatGPT, Claude en Google Gemini, confronteert het hoger onderwijs met fundamentele vragen. Niet alleen over toetsing en plagiaat, maar ook over de kern van wat leren, begeleiden en beoordelen betekent.

Wat moeten we hiermee als onderwijsprofessionals? Negeren is geen optie. De vraag is niet óf AI een plek krijgt in het onderwijs, maar hóe we die plek betekenisvol en ethisch vormgeven.

De impact van AI

Op het leerproces

Studenten gebruiken AI-tools al massaal, meestal zonder expliciete begeleiding. Volgens recent onderzoek van SURF en ECBO gebruikt een meerderheid van de studenten generatieve AI voor scripties, werkstukken en brainstorms. Vaak zijn docenten daar niet van op de hoogte.

Maar AI beïnvloedt meer dan alleen de output van studenten. Het verandert:

  • De manier van denken (bijv. sneller naar een antwoord i.p.v. een proces van redeneren)
  • De structuur van begeleiding (sneller, maar soms oppervlakkiger)
  • De rol van de docent (van kennisbron naar leerprocesbegeleider)

 

Daarmee raakt AI aan de kern van didactiek, toetsing en formatieve feedback.

ChatGPT

Vriend of vijand in de klas?

Een van de meest besproken AI-tools is natuurlijk ChatGPT. Het model genereert ogenschijnlijk coherente teksten, maar hallucineert ook regelmatig feiten. Een gevaar bij blind vertrouwen – en dus een kans voor onderwijs: AI als object én instrument van kritisch denken.

Wat betekent dat concreet?

  • Laat studenten teksten van AI analyseren op feitelijke juistheid
  • Ontwikkel opdrachten waarbij AI als startpunt wordt gebruikt, niet als eindproduct
  • Zet ChatGPT in voor prompt based leren: het schrijven van vragen i.p.v. antwoorden

 

Zo maken we van AI een denkstimulerend gereedschap, geen shortcuts naar punten.

Ethiek, bias en inclusie:

Essentieel gespreksonderwerp

LLM’s zijn getraind op data uit het verleden (Lees hier hoe taalmodellen werken)– inclusief vooroordelen. Daarom is het cruciaal dat studenten leren reflecteren op:

  • Hoe AI antwoorden construeert
  • Welke bronnen en waarden impliciet meespelen
  • Hoe bias in AI leidt tot uitsluiting of stereotypering

 

Onderwijs biedt bij uitstek de ruimte om dat kritisch gesprek te voeren. Sterker nog: dat gesprek is misschien wel belangrijker dan het gebruik zelf.

Bekijk bijvoorbeeld deze korte paper van UNESCO over ethiek en AI in het onderwijs.

AI-geletterdheid

Als nieuwe 21e-eeuwse vaardigheid

Wie AI snapt, navigeert de toekomst met meer grip. Daarom zou AI-geletterdheid – vergelijkbaar met digitale geletterdheid – een vaste plek moeten krijgen in curricula.

Wat betekent dat?

  • Begrijpen hoe modellen werken (basis van transformers en LLM’s)
  • Kritisch leren prompten (prompt engineering als vaardigheid)
  • Kunnen omgaan met onbetrouwbare of foutieve AI-output
  • Reflecteren op ethiek, eigenaarschap en transparantie

 

Deze vaardigheden zijn niet optioneel, ze zijn essentieel. Een startpunt hiervoor is het AI in Education Framework van EDUCAUSE.

Wat kunnen docenten nu doen?

  1. Ga zelf experimenteren. Gebruik ChatGPT, Claude of Gemini en analyseer wat het kan – én niet kan.
  2. Bespreek AI open met studenten. Maak gebruik bespreekbaar in je lessen en opdrachten.
  3. Ontwerp AI-proof opdrachten. Richt je op proces, reflectie en individuele input.
  4. Werk samen met collega’s. Deel kennis, werk aan beleid, stel gezamenlijke kaders.

 

Conclusie: AI is geen bedreiging, maar een aanleiding tot vernieuwing